AANKONDIGING 9/11 BIJEENKOMST

Stichting 11 September zal op 11 september a.s. in Den Haag aanwezig zijn.

In ‘De Ridderzaal’ van Café Restaurant Plein Negentien zullen wij vanaf 15:00 uur livestreams vertonen van de activiteiten van verwante organisaties in New York en Washington DC.

Daarnaast is er voldoende gelegenheid voor discussie en kennismaking met de aanwezigen die ook vinden dat de officiële misleiding omtrent de aanslagen van 11 september 2001 na 17 jaar z’n tijd nu wel heeft gehad.

Café Restaurant Plein Negentien wordt voor één dag Plein NEGENELF!
Consumpties zijn voor eigen rekening. <www.pleinxix.com>

U bent allen van harte welkom!

Gastcolumn 3

GUUS GELUK

Toen ik vroeger nog de Donald Duck las, had ik altijd een uitgesproken hekel aan Guus Geluk. Terwijl mijn held Donald Duck moest zwoegen en ploeteren om evengoed niks voor elkaar te krijgen, kwam bij de arrogante Guus Geluk alles vanzelf aangewaaid. Zo was het onuitstaanbaar dat Guus Geluk nooit hoefde te werken omdat hij iedere loterij won en altijd op de juiste tijd of plaats verkeerde om het goud van de straat af te plukken.

Iemand met een vergelijkbare hoeveelheid mazzel is de onroerendgoedmagnaat Larry Silverstein. Ongeveer twee maanden vóór de aanslag op het World Trade Centre op 11 september 2001 had hij een leasecontract afgesloten voor bijna het gehele complex. Toren nummer zeven, die na de aanslag dankzij een klein brandje ook volledig instortte, was al eerder in zijn bezit.

Met onder andere 14 miljoen dollar uit eigen zak leek het op het eerste gezicht dat Silverstein geen goede aankoop had gedaan. De gebouwen werden matig verhuurd, zaten tjokvol asbest en waren dringend aan renovatie toe. Dat zou in de nabije toekomst een zeer onrendabele extra investering vergen van ruim een miljard dollar.

Daarnaast sloot Silverstein bij 24 maatschappijen een verzekering af voor 3,55 miljard dollar per gevalschade. Gezien de flinke premie die je hiervoor moet betalen, zullen de verzekeraars hem vast met open armen hebben ontvangen. Kennelijk gingen zij er vanuit dat Silverstein te veel naar sciencefictionseries keek, aangezien de toen grootste gebouwen ter wereld alleen een forse schade konden oplopen als Starship Enterprise ertegenaan zou vliegen.

Enkele maanden later konden de medewerkers van de verzekeringsmaatschappijen zichzelf wel voor de kop slaan. Dat twee vliegtuigen in staat waren om drie enorme gebouwen volledig te verwoesten was dan ook een dure inschattingsfout. Voor Larry Silverstein betekende het echter twee vliegen in één klap. Zo bedong hij via een rechtszaak dat de verzekeringsmaatschappijen maar liefst twee schadegevallen moesten uitkeren waardoor de vastgoedmagnaat uiteindelijk meer dan 5 miljard dollar opstreek.

Daarbovenop had Silverstein nog meer redenen om te juichen. De geluksvogel was namelijk nog steeds in leven! Sinds de aankoop van het World Trade Center was hij iedere dag aanwezig in het complex, behalve op de dag van de aanslag. Volgens zijn zeggen stond hij op 11 september net op het punt om naar zijn werk te gaan, toen zijn vrouw hem eraan herinnerde dat hij een afspraak had bij de dermatoloog. Eigenlijk had hij daar helemaal geen zin in, maar omdat zijn echtgenote bleef aandringen is hij toch maar gegaan. Uiteindelijk kon hij via de televisie nog net volgen hoe vele anderen die dag wel de dood vonden.

Tenslotte was Silverstein ook nog eens fortuinlijk vanwege de overeenkomst in het leasecontract waarin hij had bedongen dat hij het complex mocht herbouwen in geval het door een mogelijke aanslag geheel was verwoest.

Nadat Silverstein het geld had ontvangen van de verzekeringsmaatschappijen gaf hij dan ook een persconferentie waarin hij verklaarde dat hij op de rampplek een nieuw gebouw zou neerzetten. Hij beschouwde dit kennelijk als een patriottistische daad. Nu kon namelijk iedere terrorist zien dat de geestdrift waarmee dit project werd aangepakt een testament betekende voor de normen en waarden van Amerika

Daarmee bedoelde Silverstein waarschijnlijk dat hij zich mocht gedragen als Dagobert Duck. Ondanks de enorme winst die hij dankzij de aanslag opstreek, heb ik hem namelijk nooit een financieel gebaar zien maken naar de families van de honderden mensen die aan kanker zijn gestorven. Omdat de stofwolken vol asbest voorbijgingen aan de neus van Silverstein, had hij toch op zijn minst wat meer compassie mogen hebben met de vele pechvolgels. Maar ja, Guus Geluk dacht ook alleen maar aan zichzelf. Vandaar dat ik die eend niet kon uitstaan!

Paul de Visser

Het 9/11 debat in Gent | 14 maart 2018

“Nuchtere techniek versus geschoolde hersengymnastiek.”

Een publiek debat over 9/11 vindt maar zelden plaats. In de loop der jaren hebben wij in Nederland menigmaal een serieuze poging ondernomen om dit voor elkaar te krijgen. Ook in 2015 toen Richard Gage, oprichter van Architects & Engineers for 9/11 Truth, zijn lezing gaf aan de TU Delft, was er geen enkele technisch onderlegde wetenschapper te vinden die bereid was de officiële complottheorie te verdedigen. Terwijl dat verdedigen toch zo gemakkelijk zou moeten zijn. Men kwam niet verder dan alleen schande te spreken dat Gage een dergelijk podium geboden werd.

In België zijn de academisch geschoolde aanhangers van de officiële uitleg uitgesprokener in hun strijd tegen de cultuur van het complotdenken. Opvallend is dat het met name de filosofen zijn die zich richten op de tegendraadsheid van de critici van de officiële 9/11-theorie. Vanuit hun vakgebied concentreren zij zich meer op de denkwijze van die critici dan op de wetenschappelijke feiten van die dag.

Het rechtvaardigt de afweging of zij hier nu fungeren als getrainde hoeders van het gezonde denken, of zijn zij eerder apologeten van de gevestigde orde? Een afweging die men eigenlijk bij vrijwel alle skeptici (door hen zelf met een ‘k’ gespeld, om zich te onderscheiden van echte sceptici) zou moeten maken.

De polemiek vindt vooral in geschrift en online plaats. Een publiek debat tussen voor- en tegenstanders is, ook in België, een unieke gebeurtenis. Daarom alle lof voor voormalig burgemeester Peter Vereecke die er op 14 maart 2018 in slaagde om een goed bezocht debat te organiseren op de Universiteit van Gent tussen wetenschapsfilosoof Maarten Boudry en ingenieur Coen Vermeeren.

Het werd een interessant debat tussen twee verschillende werelden, waarin niet altijd dezelfde taal werd gesproken. Nuchtere techniek versus geschoolde hersengymnastiek. Boeiend genoeg om hier te delen.

Dr. Maarten Boudry (1984) is wetenschapsfilosoof aan de UGent, was er van 2006 tot begin 2018 docerend lid van de vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap (website)

Dr. ir. Coen Vermeeren (1962) is lucht- en ruimtevaartingenieur, was van 1988 tot 2011 promovendus en docent Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek aan de TU Delft en van 2003 tot 2017 hoofd Studium Generale van de TU Delft (website).
Zijn 9/11 lezingen in september 2018:
11 september – Bibliotheek Geldermalsen
19 september – Oostkamp (nabij Brugge – België)
27 september – Sacramentskerk Breda

Het debat is opgesplitst in 4 videofragmenten. Te beginnen met de inleidende voordrachten van de opponenten (elk 21 min.), dan het daadwerkelijke debat (59 min.). Afgesloten wordt met de repliek van de opponenten (9 min.).

01 – Inleidende presentatie Maarten Boudry:

02 – Inleidende presentatie Coen Vermeeren:

03 – Het debat:

04 – De replieken:

 

Patronen van bedrog

In Patronen van bedrog ontrafelt Willem Middelkoop, samen met researcher Tim Dollee, op een meeslepende manier de macht achter de Amerikaanse politiek. Niet de president in het Witte Huis, maar een elite uit het militair-industrieel complex blijkt al meer dan honderd jaar de feitelijke macht in handen te hebben. In de VS wordt deze internationaal opererende groep steeds vaker omschreven als The Deep State. Volgens opiniepeilingen gelooft de helft van de Amerikanen dat er inderdaad een Deep State-structuur bestaat. Deze staat binnen de staat ziet politici als pionnen in het geopolitieke schaakspel. Om de macht te behouden worden effectieve en eeuwenoude strategieën gebruikt. List en bedrog zijn daarom aan de orde van de dag. Welkom in de wereld vol patronen van bedrog.

“Patronen van bedrog’ is een goed gedocumenteerde interpretatie van de gebeurtenissen op het wereldtoneel en daarmee ontstijgt dit werk uiteindelijk het niveau van vrijblijvende en ongefundeerde complottheorieën.” – HP/De Tijd

Website en bestellen: www.patronenvanbedrog.nl

2018 Willem Middelkoop & Tim Dollee

 

Gastcolumn 2

BUSH

Op maandagochtend 5 oktober 1992 lagen mijn toenmalige vrouw en ik aan een kiezelstrandje op het Griekse eiland Leros. Pal achter ons zaten twee oude mannetjes op een muurtje met elkaar te praten. Hoewel ik geen Grieks versta, meende ik enige woorden op te vangen waaronder Amsterdam, Israël en terrorisme. Wij begrepen meteen dat er in onze woonplaats iets ernstigs was gebeurd.

Hals over de kop snelden wij naar ons nabijgelegen appartement waar we via een Engelstalig radiostation vernamen dat een Israëlisch vliegtuig was neergestort in een Amsterdamse woonwijk. Aangezien we nog in het pre-mobiele tijdperk leefden, zochten wij hevig geschrokken naar een telefooncel om even later van mijn familie te vernemen dat de avond daarvoor de Bijlmerramp had plaatsgevonden. Samen met een kleine Nederlandse enclave hebben we de verdere dag gehuild en gesnotterd.

Toen president George W. Bush jaren later in Florida onderweg was naar de Emma E. Booker Basisschool kreeg hij van zijn stafchef te horen dat er zojuist een vliegtuig in een toren van het World Trade Center was gevlogen. Alsof er niks aan de hand was, stapte hij even later uit zijn auto om evengoed zijn opwachting te maken in een kinderklas. Kennelijk was zijn imago op dat moment belangrijker dan de gebeurtenis in New York. Vandaar dat hij zich in het bijzijn van de pers tussen die schattige kleintjes nestelde om mee te lezen in een boek waarin de avonturen van een speelgoedgeitje centraal staan.

Al na twee minuten werd kindervriend Bush in zijn bezigheid onderbroken omdat de stafchef in zijn oor fluisterde dat zojuist ook de tweede toren door een vliegtuig was geraakt.

“Amerika wordt aangevallen,” voegde hij eraan toe.

Als ik op zo’n moment in de schoenen van George Bush had gestaan, had ik er spontaan enkele krachttermen uitgegooid die niet staan vermeld in Mijn Speelgoedgeitje. Daarna zou ik de klas zijn uitgerend om zoveel mogelijk informatie te vergaren.

Wat dat betreft was George Bush beheerst en hield hij meteen rekening met al die tere kinderzieltjes. Gedurende de zeven minuten daarna bleef hij onberoerd op zijn stoel zitten alsof er niks bijzonders was gebeurd.

Het zou natuurlijk kunnen dat hij Mijn Speelgoedgeitje zo spannend vond dat hij de afloop niet wilde missen. Toch denk ik eerder dat hij naar woorden zocht voor zijn toespraak die hij later op de dag aan het Amerikaanse volk wilde verkondingen. In ieder geval kwam er een passage bij hem op uit psalm 21.

“Zelfs al ga ik door een dal van diepe duisternis, ik vrees geen kwaad want gij zijt bij mij.”

Deze zinsnede was geheel van toepassing op George Bush. Zo had zijn opa in het verleden al goede zaken gedaan met de nazi’s in Duitsland. Bovendien was zijn vader jarenlang hoofd geweest van de CIA, verreweg de grootste criminele organisatie ter wereld. Met het duiveltje op zijn schouder durfde George Bush dan ook alle donkere krochten te betreden.

Om de waarheid over 11 september 2001 zoveel mogelijk te verhullen gedroeg George Bush zich in de weken daarna als een echte maffiabaas. Allereerst was het belangrijk dat al het bewijsmateriaal zo snel mogelijk verdween. Binnen enkele weken lag dan ook al het puin op een stortplaats ergens in China. Voor de experts was geen enkel brokstuk van het WTC-complex achtergebleven om nader te onderzoeken.

Daarnaast werden alle landgenoten van de Saoedische kapers onmiddellijk Amerika uitgevlogen. Terwijl er gedurende de eerste dagen na de aanslag geen één Amerikaan met het vliegtuig mocht opstijgen, werd er voor de familieleden van Osama Bin Laden een uitzondering gemaakt. Om Saoedi-Arabië verder te ontzien werden andere landen als schuldig aangewezen. Met name Afghanistan en Irak hebben flink moeten bloeden voor de aanslagen op 11 september 2001.

Mensen die kritiek hadden op de gang van zaken werden de mond gesnoerd door middel van de Patriot Act, een wetgeving die eerder thuishoort in een politiestaat. Niet alleen mocht iedereen worden afgeluisterd maar kon je ook zonder opgaaf van reden als staatsgevaarlijk worden opgepakt. In het ergste geval werd je zelfs doodgemarteld in speciale gevangenissen die buiten Amerika lagen.

Tot slot moest Bush zijn vrienden tevredenstellen. Na 11 september 2001 werden oliemaatschappijen en defensiebedrijven in de gelegenheid gesteld om gedurende de zogenoemde oorlog tegen het terrorisme dikke winsten te maken.

Soms pink ik een traan weg voor alle onschuldige slachtoffers die in deze strijd zijn gevallen. Op dat sentiment heb ik George Bush nooit kunnen betrappen. Vandaar dat ik dan ook volledig ongeschikt ben om president van Amerika te worden.

Paul de Visser